Geschil over eigendom: Damaschke voelt zich onteigend aan de Donau!”
Michael Damaschke vecht voor zijn eigendom in Stetten nadat de autoriteiten het recht van eerste weigering hebben laten gelden en er een dreiging van onteigening bestaat.

Geschil over eigendom: Damaschke voelt zich onteigend aan de Donau!”
De zaak van vastgoedeigenaar Michael Damaschke in Stetten zorgt voor opwinding en discussies. In 2018 heeft Damaschke een pand aan de Donau verworven, een oud huis gesloopt en een bouwaanvraag ingediend voor een woongebouw en een tuinhuis. Maar de uitvoering van zijn plannen komt nu in gevaar, omdat het centrale riool voor Stetten direct onder het geplande tuinhuis loopt. Vanwege deze situatie heeft Damaschke het tuinhuis dichter bij de Donau verplaatst, maar dit werd niet goedgekeurd. Het waterbeheerbureau uitte vervolgens zijn bezorgdheid en bekritiseerde het feit dat zowel het tuinhuis als een kalkstenen muur te dicht bij de Donau waren gebouwd, wat potentiële risico's met zich meebracht.
Een buurman, Dietmar Huber, heeft de regelmatige tekenen van erosie op de dijk al gedocumenteerd. Delen van de dijk brokkelen af en vallen in het water, wat vooral in tijden van overstromingen voor problemen kan zorgen. Ook klaagt het waterschap over het niet naleven van de wettelijk verplichte waterkantstrook van vijf meter. Damaschke stelt daarentegen dat hij de gemiddelde waterlijn als referentie voor zijn berekeningen heeft genomen, terwijl de autoriteit de top van de dijk doorslaggevend acht.
Juridische geschillen
De situatie escaleert verder omdat de regionale raad van Freiburg een recht van eerste weigering heeft laten gelden voor ongeveer 135 vierkante meter van het pand, ook al wist Damaschke niets van dit recht toen hij het pand zeven jaar geleden kocht. Damaschke moet nu zowel de muur als het tuinhuis slopen en zou volgens de autoriteiten slechts 7,60 euro per vierkante meter moeten ontvangen, terwijl hij oorspronkelijk 130 euro per vierkante meter betaalde. Hij beschouwt deze discrepantie als oneerlijk en bekritiseert het recht van eerste weigering als een beperking van zijn eigendomsrechten, die hij omschrijft als “roversbaronisme volgens de wet”.
Het recht van eerste weigering verwijst naar een wettelijke reeks regels die worden geregeld door artikel 29, paragraaf 6 van de Waterwet van Baden-Württemberg, die een recht van eerste weigering creëert voor eigendommen met stroken aan het water. Dit recht geldt ook voor delen van een onroerend goed. De verantwoordelijke autoriteit, hier de staat, moet handelen in het belang van natuurbehoud en waterecologie om de ecologische functies van de waterlichamen te behouden. Het waterschapsbureau houdt daarom toezicht op de naleving van de regels voor waterkantstroken, die onder meer dienen als beschermruimten om de waterkwaliteit op peil te houden.
Streven naar een oplossing
Burgemeester Jörg Kaltenbach en burgemeester Emil Buschle van Mühlheim streven ernaar een minnelijke oplossing te vinden. Zij benadrukken echter dat de juridische beoordeling door de gespecialiseerde autoriteiten bindend is. Damaschke heeft inmiddels een rechtszaak aangespannen en ziet zijn huidige situatie als een soort onteigening.
Het complexe probleem rond de eigendommen van Damaschke laat zien hoe complex de wetten op het gebied van waterbeheer en -bescherming in Baden-Württemberg zijn en hoe sterk deze de rechten van vastgoedeigenaren kunnen beïnvloeden. De zaak heeft al tot debat in de regio geleid en roept fundamentele vragen op over eigendomsrechten, natuurbehoud en de rol van autoriteiten.
Voor meer gedetailleerde informatie over de rechtsgrondslag en de impact ervan op vastgoedeigenaren, zie ook rp.baden-wuerttemberg.de En freirecht.de.
Voor meer details over de zaak van Damaschke en de uitdagingen die deze met zich meebrengt, kunt u terecht op schwaebische.de.