Mercedes-Benz onderzoekt gedeeltelijke verkopen: de toekomst van de traditionele fabriek is in gevaar!
Mercedes-Benz overweegt een gedeeltelijke verkoop van de traditionele fabriek in Berlijn-Marienfelde om zich aan te passen aan de elektromobiliteit.

Mercedes-Benz onderzoekt gedeeltelijke verkopen: de toekomst van de traditionele fabriek is in gevaar!
Mercedes-Benz wordt geconfronteerd met een cruciale herstructurering die gevolgen heeft voor de oudste fabriek van het bedrijf in Berlijn-Marienfelde. De traditionele productiefaciliteit, die sinds 1902 in bedrijf is, wordt door Daimler AG onderzocht op een mogelijke gedeeltelijke verkoop. Deze ‘wet-to-change’-aanpak komt als onderdeel van een alomvattende verandering in de richting van elektromobiliteit. [Merkur] meldt dat de herziening van de gedeeltelijke verkoop op verzoek van WirtschaftsWoche werd bevestigd door de algemene ondernemingsraad.
Oorspronkelijk zou de productie in Berlijn-Marienfelde in 2020 stoppen. In plaats daarvan zal de productie van elektrische aandrijfcomponenten echter doorgaan. De locatie is inmiddels getransformeerd naar een zogenaamde ‘Digital Factory Campus’, geopend in 2022 en gericht op moderne productieprocessen en softwareoplossingen. Deze stap volgt op de noodzaak om zich aan te passen aan technologische innovaties in de automobielsector. [MB Passion] voegt eraan toe dat de vernieuwde site ook dient om nieuwe partners aan te trekken en synergieën te creëren.
Angst en onzekerheid bij medewerkers
De onzekerheid rond de gedeeltelijke verkoop zorgt al voor zorgen bij de circa 1.900 medewerkers. De ondernemingsraad heeft deze zorgen geuit en wijst erop dat het bedrijf hoge ontslagvergoedingen biedt om de personeelskosten te verlagen. De aankondiging van Mercedes-Benz benadrukt echter dat de gedeeltelijke verkoop en mogelijke efficiëntieverhogende maatregelen geen gevolgen mogen hebben voor de werkgelegenheid op de locatie. Ontslagen om operationele redenen zijn tot 2035 uitgesloten, wat de werknemers een zekere mate van zekerheid zou moeten bieden [Merkur].
De transformatie naar een producent van elektromotoren vereist een geleidelijke vermindering van de productie van conventionele aandrijvingen, wat ook gevolgen heeft voor de arbeidsprofielen van werknemers. Vanaf 2026 is de groep van plan om krachtige elektromotoren voor de AMG-modellen in Berlijn-Marienfelde te produceren. De investeringen in de modernisering van de centrale bedragen een driecijferig miljoenbedrag om de locatie in ieder geval tot 2030 aantrekkelijk te houden [MB Passion].
De transformatie in de auto-industrie
De auto-industrie ondergaat momenteel een diepgaand veranderingsproces dat zowel de productie als het bedrijfsmodel van het bedrijf beïnvloedt. Volgens een onderzoek van Deloitte moeten bedrijven als Mercedes-Benz terugschroeven op het gebied van verbrandingsmotortechnologie en tegelijkertijd het gebied van elektromobiliteit uitbreiden. Deze transformatie omvat verschillende strategieën, waaronder de zogenaamde ‘oogst’-strategie, waarbij geld wordt verdiend aan bestaande markten en tegelijkertijd wordt geïnvesteerd in nieuwe technologieën. [Deloitte] legt uit dat bedrijven op verschillende manieren op deze uitdagingen reageren.
In de autoproductie is het niet langer voldoende om eerdere successen uitsluitend aan de hand van verkoop- en winstcijfers te meten. Integendeel, de beoordeling van de voortgang in de transformatie hangt sterk af van de interne beoordeling van het management. Hoewel sommige bedrijven geen noodzaak zien om te transformeren, hebben anderen erkend dat snelle veranderingen en aanpassingen in productie- en aandrijftechnologieën essentieel zijn om concurrerend te blijven [Deloitte].
Met de strategische gedeeltelijke verkoop van de fabriek in Berlijn probeert Mercedes-Benz niet alleen het transformatieproces te bevorderen, maar ook het concurrentievermogen op de wereldmarkt op lange termijn veilig te stellen. Velen in de branche zien samenwerking met nieuwe partners ook als een kans om te innoveren en de efficiëntie te verhogen [MB Passion].