Vergeten slachtoffers: het stille verhaal van de bezettingskinderen in de Allgäu
Het artikel werpt licht op de onderdrukte geschiedenis van aanvallen door Franse troepen in Wangen in 1945 en hun impact op de samenleving.

Vergeten slachtoffers: het stille verhaal van de bezettingskinderen in de Allgäu
In 1945 vonden ernstige aanvallen plaats in de toen bezette regio Allgäu, die vandaag de dag nog steeds in de schaduw van de geschiedenis staan. In Enkenhofen, een district van de gemeente Argenbühl, werden 19 vrouwen, meisjes en een schoolkind het slachtoffer van Franse troepen en vooral Marokkaanse koloniale soldaten. Deze incidenten zijn gedocumenteerd in de parochiekroniek van prof. Funk, die van 1937 tot 1956 als predikant in de parochie werkte. De kroniek werd later geanonimiseerd door Martin Reutlinger en door de lokale curator Anton Albrecht ter beschikking gesteld van de redactie. Stadsarchivaris Reiner Jensch vindt de kroniek geloofwaardig omdat deze tijdig is geschreven en ook politierapporten bevat van vrouwen die aangifte hebben gedaan van aanslagen.
Historicus professor dr. Wolfgang Weber legt uit dat de Marokkaanse soldaten in deze context niet slechter waren dan andere soldaten en vaak zelf het slachtoffer waren van nazi-propaganda. Hoewel er geïsoleerde, gedocumenteerde aanvallen plaatsvonden, waren deze relatief zeldzaam vergeleken met aanvallen van andere bezettingsmachten. Opvallend is het feit dat Marokkaanse soldaten zwaar werden gestraft door het Franse militaire rechtssysteem, terwijl blanke soldaten vaak milder werden behandeld. Historicus Weber benadrukt ook dat niet alle seksuele contacten onvrijwillig waren en dat sommige kinderen voortkwamen uit romantische relaties.
Het nadeel van de getroffenen
De sociale reactie op de kinderen die uit deze relaties geboren werden, was complex en werd vaak gekenmerkt door discriminatie. Veel van deze kinderen, die voortkwamen uit buitenechtelijke relaties tussen Duitse vrouwen en gekleurde buitenlandse soldaten, werden in de naoorlogse periode uitgesloten. Volgens onderzoek over dit onderwerp, waaronder dat van bpb, vormen de kinderen van gekleurde bezettingssoldaten de grootste groep zwarte Duitsers in de 20e eeuw. Vóór 1919 hadden maar weinig immigranten uit voormalige koloniën in Duitsland staatsburgerschapsrechten gekregen.
Het debat over deze ‘gekleurde kinderen van de bezetting’ is een centraal punt dat aansluit bij de racistische verhalen van die tijd. In het Derde Rijk werden honderden bezettingskinderen met geweld gesteriliseerd om ‘het ras zuiver te houden’. De grootschalige propagandacampagne ‘Zwarte Schaamte aan de Rijn’ portretteerde gekleurde soldaten als een bedreiging, vooral met betrekking tot seksuele misdaden, wat leidde tot wijdverbreide hysterie over ‘halfbloedkinderen’, die in de perceptie van de samenleving als minderwaardig werden beschouwd.
Tot op de dag van vandaag blijft dit ambivalente verhaal vaak onopgemerkt. Hoewel sommige overlevenden en hun nakomelingen, die zich vaak nog aan de rand van de samenleving bevinden, zwijgen uit schaamte of uit angst voor sociale uitsluiting, blijven deze kwesties onafgewerkt. Een omstandigheid die verband houdt met de voortdurende herhaling van racistische stereotypen in de samenleving, die eeuwen en politieke omstandigheden hebben doorstaan.